Als iemand aanmailbaar is, betekent dat dat je iemand een e-mail kunt sturen, dat die persoon per e-mail bereikbaar is. Het woord is gevormd naar analogie van woorden als aanspreekbaar etc. Aanmailbaar wordt sinds 2005 gebruikt, maar is een niet erg gebruikelijk woord en het komt niet erg veel voor.
Aard herkomst | inheems woord |
---|---|
Vroegste datering | 2005 |
Benoemingsmotief | Gevormd naar woorden als aanspreekbaar. |
Vorm | Afbreking | |
---|---|---|
Stellende trap onverbogen | aanmailbaar | aan.mail.baar |
Stellende trap verbogen | aanmailbare | aan.mail.ba.re |
Vergrotende trap onverbogen | aanmailbaarder | aan.mail.baar.der |
Vergrotende trap verbogen | aanmailbaardere | aan.mail.baar.de.re |
Overtreffende trap onverbogen | aanmailbaarst | aan.mail.baarst |
Overtreffende trap verbogen | aanmailbaarste | aan.mail.baar.ste |
Zelfstandig gebruik op s | aanmailbaars | aan.mail.baars |
Zelfstandig gebruik op s | aanmailbaarders | aan.mail.baar.ders |
Aantal lettergrepen | 3 |
---|---|
Hoofdklemtoon | 2de lettergreep |
Type | bijvoeglijk naamwoord |
---|---|
Syntactische subklasse | predicatief |
Type | afleiding |
---|---|
Basisvorm | aanmailen |
Woordsoort van de basis | werkwoord (stam) |
Achtervoegsel | -baar |
Synoniem | mailbaar |
---|
Ruim een week voor de voordracht bespreken we de opzet ervan op mijn spreekuur maandags [...] op mijn kamer [...]. (Uiteraard ben ik ook buiten dit spreekuur aanspreekbaar of aanmailbaar).
Ik was niet aanmailbaar: werk nog maar 6 uur per dag, met dank aan de BI! En heb een nieuwe, zeer gedreven teamleider, dus van internetten in werktijd komt ook niet veel meer!
Stijl | informeel |
---|---|
Tijd | neologisme |