babycrash


babycrash 1.0

Betekenis

grote daling in het geboortecijfer; spectaculaire afname van het aantal geboortes; geboortedaling

Een babycrash…

is een crash

  • [Toepassingsgebied of bereik] betreft een zeer sterke afname in het aantal geboortes

    Hoofdsemagram: crash


    Over het woord

    Aard herkomst leenwoord
    Vroegste datering 2002
    Brontaal Engels
    Vorm in brontaal baby crash
    Betekenis in brontaal idem
    Bijzonderheden Het woord is bedacht als antoniem van babyboom, maar lijkt, in tegenstelling tot babyboom, in het Engels geen bestaand woord te zijn. Ten tijde van de coronapandemie dook het woord weer wat meer op in het nieuws. Veel mensen hadden in die tijd een geboortestijging verwacht, maar in sommige landen was er op bepaalde momenten in de pandemie juist sprake van een sterke daling, een crash.
    Vorm Afbreking
    Enkelvoud babycrash ba.by.crash
    Meervoud babycrashes ba.by.cra.shes
    Aantal lettergrepen 3
    Hoofdklemtoon 1ste lettergreep
    Type zelfstandig naamwoord
    Naamtype soortnaam
    Geslacht mannelijk
    Lidwoord de
    Betekenisklasse abstractum
    Type samenstelling
    Linkerlid baby
    Linkerlidtype zelfstandig naamwoord
    Rechterlid crash
    Rechterlidtype zelfstandig naamwoord
    Tussenklank geen

    Het woord in gebruik

    Als deel van een afleiding


    Hyperoniem crash
    Synoniem geboortedaling
    Antoniem babyboom

    Babycrash. Het rijke Westen wordt geconfronteerd met een dramatisch dalend geboortecijfer. In Europa worden jaarlijks 2 miljoen baby's te weinig geboren om de bevolking op peil te houden. In Japan, Canada en de Verenigde Staten is het probleem even groot [...]. Studies, carrière, plezier maken: het krijgt allemaal voorrang op het krijgen van kinderen.

    http://www.standaard.be/artikel/detail.aspx?artikelid=DST25062002_056,
    Taalvariëteit (vooral) in België
    Tijd neologisme