Kind dat, na het ouderlijk huis verlaten te hebben, weer terugkeert om tijdelijk in het huis van zijn of haar ouders te wonen, bijvoorbeeld nadat de relatie met een partner beëindigd is. Ook uitwonende studenten die in het weekend terugkeren om de was te brengen en in de weekends in het ouderlijk huis verblijven, worden wel boemerangkinderen genoemd.
Een boemerangkind…
is een kind; is een persoon
Aard herkomst | leenvertaling |
---|---|
Vroegste datering | 2010 |
Brontaal | Amerikaans-Engels |
Vorm in brontaal | boomerang kid |
Betekenis in brontaal | idem |
Datering in brontaal | circa 2007? |
Benoemingsmotief | Zo genoemd omdat het kind als het ware "als een boemerang" terugkeert. |
Bijzonderheden | In het Engels wordt het fenomeen van het terugkeren naar het ouderlijk huis na eerst ergens zelfstandig gewoond te hebben boomeranging genoemd en de generatie jongeren die dat doet de boomerang generation. In Nederlandse context is ook boomerang kid aangetroffen (oudste vindplaats 2008). |
Vorm | Afbreking | |
---|---|---|
Enkelvoud | boemerangkind | boe.me.rang.kind |
Meervoud | boemerangkinderen | boe.me.rang.kin.de.ren |
Aantal lettergrepen | 4 |
---|---|
Hoofdklemtoon | 1ste lettergreep |
Type | zelfstandig naamwoord |
---|---|
Naamtype | soortnaam |
Geslacht | onzijdig |
Lidwoord | het |
Betekenisklasse | persoonsnaam |
Type | samenstelling |
---|---|
Linkerlid | boemerang |
Linkerlidtype | zelfstandig naamwoord |
Rechterlid | kind |
Rechterlidtype | zelfstandig naamwoord |
Tussenklank | geen |
Hyperoniem | kind |
---|---|
Synoniem | boomerang kid |
Van de kinderen die sinds de jaren negentig uit huis gingen is ongeveer 15 procent een boemerangkind: zij keerden na verloop van tijd voor een poosje terug naar het ouderlijk huis. Het aandeel boemerangkinderen ligt onder kinderen die sinds de jaren negentig uit huis gingen bijna twee keer zo hoog als onder nestverlaters in de jaren zeventig.
Jongeren die het ouderlijk huis hadden verlaten, komen vaker weer een tijdje bij hun ouders 'thuis' wonen. Dat blijkt uit vandaag gepubliceerde cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) over zogenoemde boemerangkinderen.
Van de dochters die het ouderlijk huis verlieten keerde bijna twintig procent binnen vijf jaar terug. Bij de mannen was dat een kleine veertien procent. Van de vrouwen die zich tot 'boemerangkind' ontpoppen, noemt een derde het einde van de relatie als reden.
Over twee weken verhuis ik weer even terug naar het prachtige Wezep. Terug naar papa en mama, die me liefkozend uitmaken voor 'boemerangkind'.
Pieter Willem is zeker niet de enige die in moeilijke tijden het ouderlijk nest weer opzoekt. Het Centraal Bureau voor de Statistiek heeft er zelfs een term voor bedacht: boemerangkinderen, kinderen die uit huis waren maar voor minstens vier maanden of langer terugkeren. Het is een trend, becijferde het CBS deze zomer.
Domein | cultuur en samenleving |
---|---|
Tijd | neologisme |
Kind dat, na het ouderlijk huis verlaten te hebben, weer terugkeert om tijdelijk in het huis van zijn of haar ouders te wonen, bijvoorbeeld nadat de relatie met een partner beëindigd is. Ook uitwonende studenten die in het weekend terugkeren om de was te brengen en in de weekends in het ouderlijk huis verblijven, worden wel boemerangkinderen genoemd.
Een boemerangkind…
is een kind; is een persoon
Aard herkomst | inheems woord |
---|---|
Vroegste datering | 2006 |
Benoemingsmotief | Zo genoemd omdat het kind als het ware "als een boemerang" terugkeert. |
Bijzonderheden | In deze betekenis ouder dan bet. 1.0 en, voor zover bekend, een inheemse vorming en geen vertaling van het Engelse boomerang kid. |
Vorm | Afbreking | |
---|---|---|
Enkelvoud | boemerangkind | boe.me.rang.kind |
Meervoud | boemerangkinderen | boe.me.rang.kin.de.ren |
Aantal lettergrepen | 4 |
---|---|
Hoofdklemtoon | 1ste lettergreep |
Type | zelfstandig naamwoord |
---|---|
Naamtype | soortnaam |
Geslacht | onzijdig |
Lidwoord | het |
Betekenisklasse | persoonsnaam |
Type | samenstelling |
---|---|
Linkerlid | boemerang |
Linkerlidtype | zelfstandig naamwoord |
Rechterlid | kind |
Rechterlidtype | zelfstandig naamwoord |
Tussenklank | geen |
Hyperoniem | kind |
---|
Boemerangkind, het klinkt als 'je gooit je kind het huis uit en hij komt vanzelf weer terug'. Niet geheel verrassend is dat ook min of meer de betekenis: een op kamers wonende student die in het weekend thuis de was komt laten doen.
Een student die in het weekend met de was naar huis gaat is 'n boemerangkind.
Mevrouw de telefoniste staat tegenwoordig bekend als belmiep of belmuts. Een weblog noemen we geen weblog maar een blogstek. En iedereen weet ook dat een student die in het weekend naar paps en mams gaat met de was een boemerangkind heet.
Breezersletje (ordinair, beetje dom meisje dat makkelijk tot seks te verleiden is), boemerangkind (kotstudent die in het weekend naar huis gaat), bitneuker (computernerd): het zijn drie van de opvallendste van 3.650 nieuwe woorden die het afgelopen jaar de Nederlandse taal zijn binnengeslopen.
Domein | cultuur en samenleving |
---|---|
Tijd | neologisme |