| Aard herkomst | inheems woord |
|---|---|
| Vroegste datering | 2013 |
| Bijzonderheden | In Nederland werd Netflix in september 2013 gelanceerd, in Vlaanderen in september 2014. Netflixen is inmiddels een zeer populaire hobby. Er zijn ook andere aanbieders van video-on-demand, zoals NPO Start Plus en Videoland, maar die vormen (nog) niet de basis van een werkwoord. |
| Vorm | Afbreking | |
|---|---|---|
| Infinitief | netflixen | net.flixen |
| Eerste persoon o.t.t. | netflix | net.flix |
| Tweede persoon o.t.t. inversie | netflix | net.flix |
| Tweede persoon o.t.t. beleefdheid | netflixt | net.flixt |
| Derde persoon o.t.t | netflixt | net.flixt |
| Meervoud o.t.t. | netflixen | net.flixen |
| Enkelvoud o.v.t | netflixte | net.flix.te |
| Meervoud o.v.t. | netflixten | net.flix.ten |
| Tegenwoordig deelwoord | netflixend | net.flixend |
| Voltooid deelwoord | genetflixt | ge.net.flixt |
| Niet-officiële variant | Netflixen | |
| Aantal lettergrepen | 3 |
|---|---|
| Hoofdklemtoon | 1ste lettergreep |
| Type | werkwoord |
|---|---|
| Functie | zelfstandig werkwoord |
| Syntactische subklasse | onovergankelijk |
| Vervoeging | regelmatig/zwak |
| Hulpwerkwoord voltooide tijden | hebben |
| Type | afleiding |
|---|---|
| Conversiepartner | Netflix |
| Conversierichting | van eigennaam naar werkwoord |
| Synoniem | flixen (
|
|---|
'Pap, mag ik netflixen?', vraagt mijn zoon van tien. Van de vraag zelf kijk ik al niet meer op. [...]. Waar ik wel van op kijk, is dat hij er eigenhandig een werkwoord van maakt. [...]. 'Netflixen' als werkwoord verkeert in goed gezelschap: we hyven, sms-en, facebooken (of wordt dat faceboeken?) en whatsappen ons suf. [...]. Netflixen is de nieuwste aanwinst van techno-neologismen.
Ja, thuis op de bank netflixen is heerlijk, maar op reis ook! Of je nou de uren wilt vullen in het vliegtuig, of na een lange actieve dag even lekker wilt chillen: Netflix is here to help.
Netflixen is een werkwoord geworden. Menigeen vult zijn vrije avonden niet langer met een krant, een spannend boek of een knus tijdschrift, maar kruipt achter het scherm om - aflevering na aflevering - populaire series te bekijken.
"Heb jij gisteren nog genetflixt?" "Ja, de hele avond… Ik had de keuze: badkamer poetsen, afwas doen of… Netflix".
'We hebben al maanden niet meer genetflixt.'
Al netflixend ijs eten is maar een kleine stap verwijderd van in je eentje thuis dronken worden en huilen onder de douche. Laten we dat lekker voor onszelf houden.
Cynthia gaat niet alle dagen van het jaar vroeg haar mandje in. Ze gaat heus wel eens met vriendinnen stappen, naar een feest, of uitgebreid netflixen op de bank.
| Tijd | neologisme |
|---|