LET OP: Dit woord heeft ook oudere betekenissen. Alleen de nieuwe betekenissen worden getoond. Bekijk dit woord in het Algemeen Nederlands Woordenboek om alle betekenissen te zien: rugzakker (ANW)
Een rugzakker…
is een leerling; is een kind
Aard herkomst | inheems woord |
---|---|
Vroegste datering | 2006 |
Benoemingsmotief | Het woord verwijst naar de 'rugzak' die het kind meekrijgt in de vorm van een persoonsgebonden budget om de extra kosten te dekken die gemaakt moeten worden om deze op het regulier onderwijs te kunnen houden. |
Vorm | Afbreking | |
---|---|---|
Enkelvoud | rugzakker | rug.zak.ker |
Meervoud | rugzakkers | rug.zak.kers |
Aantal lettergrepen | 3 |
---|---|
Hoofdklemtoon | 1ste lettergreep |
Type | zelfstandig naamwoord |
---|---|
Naamtype | soortnaam |
Geslacht | mannelijk |
Lidwoord | de |
Betekenisklasse | persoonsnaam |
Type | afleiding |
---|---|
Basisvorm | rugzak |
Woordsoort van de basis | zelfstandig naamwoord |
Achtervoegsel | -er |
Hyperoniem | leerling |
---|---|
Synoniem | rugzakkind; rugzakleerling |
De Tweede kamer is kritisch optimistisch over passend onderwijs, maar de minister wil een verdere uitwerking van voorstellen voor de beperking van de groei van het speciaal onderwijs en het aantal rugzakkers.
Domein | transport, verkeer en reizen |
---|---|
Tijd | neologisme |