Recht(s) voor de raap Jaap Blokker schuwde de politiek gevoelige onderwerpen geenszins.
Vorig jaar nog hekelde hij - mét striptekeningen om zijn woorden kracht bij te zetten
- wat hij 'de Griekse siësta-economie' noemde. 'Griekenland is een hoogst curieus
land', schreef hij profetisch. 'Het produceert nauwelijks iets anders dan feta en
olijfolie, het wacht gezapig tot buitenlandse toeristen het geld vanzelf komen langsbrengen,
het heeft Europese buitengrenzen die zo lek zijn als een mandje, het heeft meer ambtenaren
dan ondernemers, die bovendien al op hun 53ste met pensioen mogen, en het heeft regeringen
die alle boekhoudregels aan hun laars lappen'.
'Spanje schrapt siësta in verband met crisis,' kopte Trouw eerder deze week. Het bericht
kwam niet als een verrassing. Economen hadden al langer kritiek op de middagrust die
het openbare leven in Spanje tussen pakweg 12 en 16 uur stillegt. Toch moet de versobering
van de siësta een cultuurschok in Spanje teweegbrengen. Siësta is immers hét symbool
voor de Spaanse levensstijl. Die symboolwaarde maakt het woord een geschikt ingrediënt
in samenstellingen als siëstaland en siësta-economie, termen waarmee politici uit
andere EU-landen de vermeende Spaanse traagheid van handelen tijdens de crisis bekritiseerden.
Het vooroordeel dat Spanjaarden inert zijn, komt ook tot uitdrukking in mañanamentaliteit.
Spanjaarden zouden op elke vraag reageren met 'mañana, mañana' ('morgen, morgen').