elektropeuk


elektropeuk 1.0

Betekenis

op een sigaret lijkend elektronisch rookapparaatje waarmee iemand de damp van een verhitte vloeistof uit een ampul kan inhaleren; elektronische sigaret; e-sigaret; vape
Hoewel we spreken over 'een elektropeuk roken' is er geen sprake van rook maar van damp.

Een elektropeuk…

is een sigaret; is een rookartikel; is een genotmiddel

      afbeelding

      Bron: Wikimedia Commons
      ( Disclaimer )

      Over het woord

      Aard herkomst inheems woord
      Vroegste datering 2008
      Samenhangende woorden (betekenis) dampen; e-roken; vapen
      Vorm Afbreking
      Enkelvoud elektropeuk elek.tro.peuk
      Meervoud elektropeuken elek.tro.peu.ken
      Aantal lettergrepen 4
      Hoofdklemtoon 2de lettergreep
      Type zelfstandig naamwoord
      Naamtype soortnaam
      Geslacht mannelijk
      Lidwoord de
      Betekenisklasse zaaknaam
      Type samenstelling
      Linkerlid elektro-
      Linkerlidtype confix
      Rechterlid peuk
      Rechterlidtype zelfstandig naamwoord
      Tussenklank geen

      Het woord in gebruik

      Wie denkt even lekker een SuperSmoker op te steken in het Groninger gerechtsgebouw, denkt verkeerd. Behalve sigaretten zijn ook de elektronische rookwaren verboden. Dat staat op informatieborden in het gebouw. De SuperSmokers vallen niet onder het rookverbod, omdat ze geen rook afgeven. Toch deed de rechtbank de elektropeuk in de ban.

      Trouw,

      Brandonderzoekers hebben beelden vrijgegeven van een Engelse supermarkt die werd opgeschrikt door een ontploffende elektronische sigaret in de zak van een klant. Vermoedelijk ontstond de explosie door contact tussen de batterij van de fopsigaret en andere metalen, zoals sleutels of muntjes, bericht Sky News. Grote schrik voor de eigenaar van de elektropeuk en andere aanwezigen, onder meer een baby in kinderwagen, maar met enkel lichte verwondingen bij de man liep het met een sisser af.

      https://www.powned.tv/artikel/zien-e-sigaret-doet-boem-naast-baby-af,

      Stijl informeel
      Tijd neologisme