Wraakflatie…
is inflatie
Aard herkomst | inheems woord |
---|---|
Vroegste datering | 2023 |
Samenhangende woorden (betekenis) | graaiflatie; krimpflatie; laagflatie; smoesflatie |
Vorm | Afbreking | |
---|---|---|
Enkelvoud | wraakflatie | wraak.fla.tie |
Aantal lettergrepen | 3 |
---|---|
Hoofdklemtoon | 2de lettergreep |
Type | zelfstandig naamwoord |
---|---|
Naamtype | soortnaam |
Geslacht | vrouwelijk |
Lidwoord | de |
Getal | geen meervoud |
Betekenisklasse | abstractum |
Type | splintersamenstelling |
---|---|
Linkerlid | wraak |
Linkerlidtype | zelfstandig naamwoord |
Rechterlid | -flatie |
Rechterlidtype | splinter |
BasiswoordRechterlid | inflatie |
Tussenklank | geen |
Hyperoniem | inflatie |
---|---|
Synoniem | vergeldingsinflatie |
Een teken dat het leven ook nu 'wel duurder, maar niet goedkoper' wordt, is het ontstaan van nieuwe vormen van inflatie. Zo waarschuwde DNB-baas Klaas Knot deze week prozaïsch voor 'vergeldingsinflatie': als de prijzen stijgen, vergelden de bonden dat met eisen voor loonstijging, waardoor de prijzen weer stijgen en de bonden … kortom, de loon-prijsspiraal. Vergeldingsinflatie is een letterlijke vertaling van de tit-for-tat inflation waar ECB-baas Christine Lagarde eerder voor waarschuwde. In lijn met de trend om nieuwe vormen van inflatie te verkorten tot 'flatie' – zoals fossielflatie, krimpflatie en graaiflatie – had Knot trouwens ook kunnen kiezen voor een wat stijlvoller, haast poëtisch alternatief: wraakflatie.
Het woorddeel 'flatie' leidde recent ook tot een opmerkelijke opstoot van creativiteit in de Nederlandse taal. Zo hebben we kennisgemaakt met de term graaiflatie, waarmee de hebzucht van bedrijven wordt omschreven die hun winst opkrikken door de prijzen te verhogen. Als reactie op graaiflatie krijgen we dan wraakflatie. Dat zijn de buitensporige looneisen waarmee werknemers wraak nemen op bedrijven die hun prijzen opdrijven. Andere combinaties zijn krimpflatie (de prijs van het product wordt niet verhoogd maar er zit minder in de verpakking), laagflatie (een langdurig aanhoudende combinatie van lage economische groei en een ultra-lage, soms marginaal toenemende inflatie), nulflatie (prijsstabiliteit) en gasflatie.
Domein | business, economie en financiën |
---|---|
Tijd | neologisme |